- 78% van de Hallenaren wonen graag in onze stad
- 76% van de Hallenaren zijn tevreden over hun woning
- 46% is fier over onze stad
- Hoge bebouwingsgraad in Halle, 6,3% in 2023.
- 19 140 woongelegenheden in Halle
- 1/5 geeft aan meer dan 30% van het inkomen te besteden aan wonen
- 65,8%van de woongelegenheden zijn ééngezinswoningen
- 26% van de Hallenaren geven aan een renovatie-intentie te hebben
- In Halle bedraagt het aandeel huurders 34,5%
- 72% van de respondenten geeft aan in een energiezuinige woning te wonen
5. Wonen
Wonen
Terug naar navigatie - WonenIn Halle wonen in totaal 42.064 mensen of 17.669 huishoudens op een totale oppervlakte van 45,0 km². Halle kent een bevolkingsdichtheid van 935 inwoners per kilometer.
Uit de gemeente-stadsmonitor zien we dat het aandeel Hallenaren die aangeven graag te wonen in onze stad daalt van 82% in 2020 naar 78% in 2023. De dalende trend in tevredenheid is ook op te merken in Vlaanderen, echter scoort Halle lager dan het gemiddelde van Vlaamse gemeenten.
Wel zien we een stijging (+6%) van het aandeel inwoners fier zijn op onze stad, van 40% in 2020 naar 46% in 2023. Wel scoort Halle lager ten opzichte van het gemiddelde van Vlaamse gemeenten.
Aan de hand van het vijfjarig gemiddelde van het migratiesaldo (per 1.000 inwoners) bekijken we de woonstabiliteit in Halle. Een migratiesaldo telt de immigraties, of verhuizingen naar een gebied, verminderd met de emigraties, of de verhuizingen vanuit dat gebied. Een positief migratiesaldo wijst op meer immigraties dan emigraties; terwijl een negatief migratiesaldo duidt op meer emigraties dan immigraties. Voor Halle bedraagt het totaal migratiesaldo 13,3 per 1.000 inwoners.
Binnen de gemeente-stadsmonitor wordt er de vraag gesteld of men verhuisintentie heeft. Dit kan eveneens een indicator zijn om te meten of inwoners graag wonen in de stad. Het aantal respondenten die aangeven geen verhuisplannen te hebben, noch naar een andere gemeente, noch binnen de eigen gemeente stijgt naar 79% in 2023.
Woongelegenheden
Terug naar navigatie - Woongelegenheden76% van de Hallenaren zijn tevreden over hun woning. Dit aandeel is in stijgende lijn, maar wel lager dan het gemiddelde van Vlaamse gemeenten (84.1%).
Voor we in detail gaan kijken naar de woongelegenheden en hun kenmerken, werpen we eerst een blik op de bebouwingsgraad. Dit cijfer geeft ons zicht op het aandeel van de ruimte dat ingenomen wordt door gebouwen, zonder rekening te houden met de functie van die gebouwen. De bebouwingsgraad is het resultaat van een analyse van het Grootschalig Referentiebestand (GRB).
In Halle bedroeg de bebouwingsgraad in 2023 6,3%. In Vlaams-Brabant is dit 4,7% en in het Vlaams Gewest 5,3%. De bebouwingsgraad ligt het hoogst in het centrum met 41.8%.
Het aantal woongelegenheden in Halle is van 17 781 in 2018 gestegen naar 19 140 in 2023.
Vooreerst bekijken we de woongelegenheden naar woonfunctie. 99% van de woongelegenheden hebben een woonfunctie. Deze groep kunnen we verder onderscheiden in appartementen, individuele woningen en collectieve woningen. In Halle is 30,5% van de woongelegenheden met woonfunctie een appartement; 68,7% is een individuele woning en tot slot is 0,8% van de woongelegenheden met woonfunctie een collectieve woning. Het aandeel appartementen ligt hoger in Halle ten opzichte van het percentage in Vlaams-Brabant (23.8%).
In tweede instantie worden de woongelegenheden opgesplitst naar type en grootte. We maken hierbij het onderscheid tussen ééngezinswoningen (bevat 1 woongelegenheid per perceel) en meergezinswoningen (bevat meer dan 1 woongelegenheid per perceel).
In Halle zijn er 12.591 woongelegenheden in ééngezinswoningen en 6.549 woongelegenheden in meergezinswoningen. Dat komt neer op 65,8% ééngezinswoningen en 34,2% meergezinswoningen. Binnen de categorie van meergezinswoningen zijn er in Halle 40,6% meergezinswoningen met maximum 5 woongelegenheden; 17,6% meergezinswoningen met 6-10 woongelegenheden en 41,9% meergezinswoningen met meer dan 10 woongelegenheden.
De kaart toont de verdeling tussen ééngezins- en meergezinswoningen op wijkniveau in Halle.
De categorie van ééngezinswoningen kan nog verder opgesplitst worden naar bouwvorm. Daarbij maken we het onderscheid tussen een open bebouwing, een halfopen bebouwing en een gesloten bebouwing. Voor Halle geldt dat 19,7% van de woongelegenheden in een ééngezinswoning een open bebouwing betreft; 26,4% is een halfopen bebouwing en tot slot heeft 52,5% een gesloten bouwvorm. Er is een kleine restcategorie waarvan de bouwvorm niet gekend is.
Het aandeel woongelegenheden met gesloten bouwvorm ligt opvallend hoger dan het gemiddelde in Vlaamse gemeenten. In Vlaams Brabant kent 25.7% van het aantal woongelegenheden in ééngezinswoningen een gesloten bouwvorm, in het Vlaams Gewest is dit 29.5%.
Er is nog weinig zicht op gedeelde woonvormen te Halle. Binnen de stad is er geen reglement of beleidskader om deze woonvormen te faciliteren. Sinds kort is er wel een richtlijnenkader rond samenhuizen (= woningdelen binnen een eengezinswoning), maar is het niet mogelijk om aparte busnummers toe te kennen of elke bewoner als apart gezin in te schrijven. Daarnaast zijn er voor co-housing projecten afwijkingen mogelijk van de algemene bepalingen uit het richtkader leefbaarheid en woonkwaliteit van Halle. Deze projecten dienen niet te beantwoorden aan de generieke regels over woonkwaliteit of opdeling van woningen uit gemeentelijke verordeningen of richtlijnenkaders. Een omgevingsaanvraag zal worden beoordeeld op het gehele gebouw, niet op de units afzonderlijk.
Uit de bewonersbevraging bij jonge Hallenaars (najaar 2021) zien we slechts een beperkte interesse voor alternatieve woonvormen.
Het register leegstaande woningen en gebouwen te Halle omvat op datum van 31/12/2023 81 leegstaande woningen en 41 leegstaande gebouwen. Via het gemeentelijk leegstandsreglement kan er een heffing worden opgelegd wanneer een woning minimaal 1 jaar is geïnventariseerd. In bepaalde gevallen is een vrijstelling mogelijk.
Als we de woongelegenheden naar ouderdom volgens het bouwjaar zoals bijgehouden in het kadaster bekijken, zien we dat Halle een ouder patrimonium kent in vergelijking met Vlaams Brabant en het Vlaams Gewest
In het kadaster is sinds 1983 voor de meeste eigendommen ook het jaar van laatste wijziging gekend. Op basis daarvan leiden we het laatste renovatiejaar van de woongelegenheden af. We zien dat de groep woongelegenheden die ofwel gebouwd, ofwel grondig verbouwd zijn tussen 20112-2020 groter is (25.6%) dan in Vlaams-Brabant (19.2%) en het Vlaams Gewest (19.4%).
Wanneer we de huidige energieprestatie van de woningen in Halle bekijken op de inspiratiekaart Renovatiebeleid zien we nog heel wat potentieel om de energieprestatie van woningen te verbeteren.
In de gemeente-stadsmonitor wordt gevraagd of eigenaars van plan zijn in de komende vijf jaar te verbouwen of te renoveren. 26% van de Hallenaren geven aan een renovatie-intentie te hebben, dit is een opvallende stijging van 6%. Daar waar het gemiddelde van Vlaamse gemeenten eerder stabiel blijft bij 20.7%.
Woningen energiebesparend renoveren zorgt voor meer gezonde, veilige en comfortabele woningen die door hun structurele aanpassingen minder energie verbruiken. Het verminderde verbruik zal de CO2 in de atmosfeer reduceren en een lagere energiefactuur opleveren. Om energiebesparende renovaties te promoten en het klimaat te verbeteren, streeft het LEKP 1.0 naar 50 collectief georganiseerde energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden vanaf 2021 tegen eind 2030. Voor deze doelstelling tellen alleen volgende energiebesparende maatregelen: dak-, zolder-, vloer- en gevelisolatie, hoogrendementsbeglazing, zonneboiler, ventilatiesysteem, warmtepomp en -boiler. Halle laat 31 collectieve renovaties noteren in 2023.
De lokale besturen die zich engageren voor het LEKP 2.0, waaronder Halle, streven naar 25 fossielvrije renovaties binnen de 50 collectieve georganiseerde energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden. Met dergelijke diepgaande renovaties, gaat men een sterke sprong vooruit richting klimaatneutraliteit, en wordt vermeden dat er in verschillende rondes wordt gerenoveerd, wat uiteindelijk leidt tot een hogere kostenefficiëntie.
Het conformiteitsattest is een officieel document dat de gemeente aflevert en dat aantoont dat uw woning aan de woningkwaliteitsnormen voldoet. Een conformiteitsattest wordt verplicht voor alle huurwoningen in de Stad Halle. Dit moet ervoor zorgen dat de huurwoning aan de minimale normen inzake veiligheid, gezondheid en kwaliteit voldoet. Deze verplichting wordt ingevoerd voor alle nieuwe huurovereenkomsten of verlengingen en ter beschikking stellingen vanaf 1 januari 2021 en gefaseerd op basis van de leeftijd van de huurwoning:
• Vanaf 1 januari 2021 voor huurwoningen van 50 jaar en ouder (bouwjaar van 1971 en ouder);
• Vanaf 1 januari 2024 voor huurwoningen van 30 jaar en ouder (bouwjaar van 1994 en ouder);
• Vanaf 1 januari 2026 voor alle huurwoningen.
Via een bezoek aan de huurwoning aan de hand van het technisch verslag van Vlaanderen (=conformiteitsonderzoek) gaat de woningcontroleur, aangesteld door de stad, na of de woning voldoet aan de wettelijke normen. Nadien kan het conformiteitsattest worden afgeleverd. In 2022 kon er in 90% van de gevallen een conformiteitsattest worden afgeleverd na een eerste bezoek, in 2023 was dit nog in 77% van de gevallen. Bij het vaststellen van gebreken krijgt de eigenaar tijd om deze te herstellen. Indien nodig wordt er een procedure opgestart tot het ongeschikt of onbewoonbaar verklaren van de woning door de burgemeester. Wanneer men niet tijdig over een conformiteitsattest beschikt kan er ook een gas dossier worden opgemaakt.
Door de invoering van het verplicht conformiteitsattest is het aantal conformiteitsonderzoeken en conformiteitsattesten sterk gestegen en krijgt Halle meer zicht op de woningkwaliteit op de huurmarkt. Op 31/12/2023 beschikt 22,5% van de huurwoningen te Halle over een (nog geldig) conformiteitsattest (eind 2020 was dit nog 6,3%).
Wanneer we het aantal uitgereikte conformiteitsattesten per jaar er naast liggen zien we volgend beeld:
Naast het afleveren van conformiteitsattesten zijn er ook woningen die ongeschikt of onbewoonbaar (OO) worden verklaard, dikwijls op basis van klachten van huurders of andere belanghebbenden. De invoering van het verplicht conformiteitsattest leidt niet tot een stijging van het aantal opgestarte procedures OO. Er wordt zelfs een daling van het aantal procedures en besluiten OO geregistreerd sinds 2020. Bij het vaststellen van gebreken wordt er sterk ingezet op communicatie met de eigenaar-verhuurders zodat de nodige herstellingen worden uitgevoerd binnen redelijke termijn. Sinds 2005 zijn er 252 woningen in Halle opgenomen op de Vlaamse inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen (VIVOO). Dit komt overéén met ca. 5% van de private huurmarkt te Halle. Begin 2024 zijn er nog 21 adressen opgenomen uit Halle in VIVOO.
Tenslotte bekijken we de verkoopprijzen van de woongelegenheden. Onderstaande figuur geeft de mediaan verkoopprijs per type woning. De mediaan geeft het midden van een verdeling aan. Precies de ene helft van de waarnemingen bevindt zich onder deze waarde en de andere helft erboven. Kenmerkend voor de mediaan is dat deze niet beïnvloed wordt door extreme waarden. Hierdoor geven we de voorkeur aan de mediaan boven de gemiddelde waarde.
Huurders en eigenaars
Terug naar navigatie - Huurders en eigenaarsOnderstaande grafiek geeft het aandeel huurders en het aandeel eigenaars berekend t.o.v. het aantal huishoudens. In Halle bedraagt het aandeel huurders 34,5%; in Vlaams-Brabant is dit 29,0% en in het Vlaams Gewest 31,5%.
Wanneer we dit aandeel bekijken volgens wijken zien we vooral een hoog aandeel huurders in het centrum van Halle (57.7 %), Wijk Don Bosco-Stroppen (44.2%) en Sint-Rochus (41.9%).
Halle scoort in de regio Vlaams-Brabant eerder laag wat betreft het aandeel eigenaars.
De woonquote geeft het aandeel van het inkomen dat wordt besteed aan woonuitgaven. De stelregel is dat de woonquote maximum 30% mag bedragen. In Halle geeft 19% van de inwoners aan meer dan 30% uit te geven aan wonen. Dit is hoger dan het gemiddelde van Vlaamse gemeenten, 15.26%. We zien vooral dat het aandeel huurders met minstens 30% van het gezinsinkomen aan wonen spendeert hoog is, namelijk 46%.
De gemiddelde huurprijs op de private huurmarkt te Halle bedraagt in 2023 963 euro voor een appartement en 1.034 euro voor een rijwoning. Dit is een stijging van 5,5% ten opzichte van 2022 (wat iets lager ligt dan de gemiddelde stijging in provincie Vlaams-Brabant van 7,7%). Enkel en alleen voor de appartementen zijn de huurprijzen in Halle met 11,24% gestegen ten opzichte van 2022 (Bron: CIB).
Duurzaamheid van de woningen
Terug naar navigatie - Duurzaamheid van de woningenEen volgende indicator betreft het gemiddeld E-peil van afgewerkte nieuwbouwwoningen, volgens het jaar van indienen van het EPB-dossier. Het E-peil weerspiegelt het energieverbruik van de woning ten opzichte van zijn oppervlakte, waardoor grotere woningen doorgaans een gunstiger (= lager) E-peil hebben. Vaak scoren appartementen hierdoor slechter dan huizen, terwijl appartementen doorgaans een lager verwacht energieverbruik hebben. Gemeenten met veel nieuwe appartementen zullen daardoor vaak slechter scoren.
De grafiek toont de evolutie van het gemiddeld E-peil. In Halle bedroeg het gemiddeld E-peil van afgewerkte nieuwbouwwoningen 72 in 2012 en 35 in 2022. Wat een halvering is op 10 jaar tijd. Deze dalende trend is ook op te merken in Vlaanderen.
In de gemeente-stadsmonitor wordt er aan de inwoners gevraagd of men woont in een energie- recupererende of een energiezuinige woning. Een woning is energierecupererend als minstens één van volgende voorzieningen aanwezig is: groendak, zonnepanelen, zonneboiler, warmtepomp en/of gebruik van regenwater. 56% van de respondenten geeft aan zulke woning te wonen, dat is 6% meer ten opzichte van de bevraging in 2020.
Een woning is energiezuinig als 3 van de 4 volgende voorzieningen aanwezig zijn in de woning: dakisolatie, muurisolatie, dubbel glas en een energiezuinige ketel. 72% van de respondenten geeft aan in een energiezuinige woning te wonen, dit aandeel is stabiel in vergelijking met de waarde in 2020.
Er wordt in de survey van de gemeente-stadsmonitor verder gevraagd naar de duurzaamheid van de woning volgens de aanwezigheid van energiezuinige en energierecupererende elementen.
We zien een opvallende stijging voor de aanwezigheid van een groen dak. Hier evolueren we van 3% naar 6%. Hoewel we positieve evoluties zien in de aanwezigheid van dakisolatie, muurisolatie en zonnepanelen, scoren we hier opvallend laag ten opzichte van het gemiddelde van Vlaamse gemeenten.
Sociaal wonen
Terug naar navigatie - Sociaal wonenSinds 1 januari 2023 is er 1 sociale woonactor op ons grondgebied: Woonmaatschappij Woonpunt Zennevallei. Dit door de integratie van sociale huisvestingsmaatschappij Woonpunt Zennevallei en sociaal verhuurkantoor Zuidkant.
Sociale woningen
Halle heeft 1 124 sociale woningen op haar grondgebied. Wanneer we het totaal aantal sociale huurwoningen afzetten ten opzichte van het aantal private huishoudens krijgen we zicht op het aanbod aan sociale huurwoningen. In Halle woont 6,4% van de private huishoudens in een sociale woning; in Vlaams-Brabant is dit 3,7% en in het Vlaams Gewest 5,7%.
Volgende kaart toont de verschillen tussen de wijken wat betreft de aanwezigheid van sociale woningen in Halle.
Om het sociaal woonaanbod in Vlaanderen versneld uit te breiden en geografisch te verspreiden kreeg elke gemeente een Bindend Sociaal Objectief (BSO) opgelegd. Dit Bindend Sociaal Objectief legt aan de gemeente op hoeveel sociale huurwoningen zij op haar grondgebied moet realiseren tegen 2025.
De nulmeting gebeurde op 31/12/2007 en hield rekening met het aantal huishoudens in die gemeente op 01/01/2008. Halle heeft een BSO van 265.
In de volgende grafiek bekijken we een aantal indicatoren omtrent dit Bindend Sociaal Objectief voor Halle. Het betreft een stand van zaken van 31/12/2022 (= 2023). Elk jaar wordt het sociaal woonaanbod opnieuw gemeten door Wonen in Vlaanderen. Bij deze meting worden de SHM- en SVK-huurwoningen in rekening gebracht, alsook de sociale woningen van lokale besturen en het Vlaams Woningfonds.
Bij de netto toename gerealiseerd sociaal huuraanbod wordt gekeken naar het verschil tussen het totaal reeds gerealiseerd sociaal huuraanbod op 31/12/2022 en de nulmeting. Halle heeft sinds het opleggen van het BSO reeds 190 sociale huurwoningen gerealiseerd.
Halle plant in de toekomst 99 sociale huurwoningen te bouwen. Dit betreft projecten die reeds ingediend zijn door de sociale woonactoren en die reeds gekend zijn door Wonen in Vlaanderen.
Dat betekent dat de som van het aantal gerealiseerde en geplande sociale huurwoningen in Halle gelijk is aan 289. Zo bekomt Halle een saldo van het BSO (na het gerealiseerde en geplande sociale huuraanbod) van 24.
Kandidaat- huurders
Er staan 1100 unieke kandidaat-huurders met domiciliegemeente te Halle op de wachtlijst voor een sociale woning (rapport VMSW 2022). Hiervan zijn er 242 kandidaat-huurders met een wachttijd van langer dan 5 jaar. Van de 1100 kandidaat-huurders zijn er 873 die in de stad Halle willen blijven wonen. De volgende kaart situeert Halle op vlak van het aandeel unieke kandidaat-huurders voor een sociale woning. De kaart geeft het aandeel kandidaat-huurders weer t.o.v. het aantal huishoudens.
De wachtlijst van de sociale woonorganisaties geeft een beeld over de woningnood, de vraag naar bepaalde woningtypologieën en welke doelgroepen moeilijk een aanbod verkrijgen.
De gemiddelde wachttijd geeft een vertekend beeld gezien dit enkel de cijfers weerspiegelt van de effectieve toewijzingen. Het aantal toewijzingen voor grotere panden lag een stuk lager. De personen die hiervoor een toewijzing hebben verkregen hadden een grote lokale binding met de stad. Het lokaal toewijzingsreglement (zie verder bij toewijzingsbeleid) geeft voorrang aan gezinnen die hier reeds langdurig wonen. Het overzicht weerspiegelt dus niet de wachttijd van de gezinnen die nog steeds geen woning toegewezen hebben gekregen.
In de periode 2018-2022 waren er in totaal 323 toewijzingen van een sociale woning in Halle (SHM + SVK). Er waren slechts 75 toewijzingen van woningen met 3 slaapkamers, 3 toewijzingen van woningen met 4 slaapkamers en 1 toewijzing van een woning met 5 slaapkamers. Alleen bij SHM waren er in 2022 al 75 kandidaat-huurders met 3 of 4 kinderen en 95 kandidaat-huurders met 2 kinderen. Er is vooral een zeer beperkt aanbod van grotere woningtypologieën, van minstens 4 slaapkamers, voor grote gezinnen. Het aanbod en het aantal toewijzingen van grotere woningtypologieën schiet dus te kort in vergelijking met de vraag. Wat betreft de 3 slaapkamer woningen is er wel een vrij groot aanbod maar ligt het aantal toewijzingen in verhouding vrij laag. Hierbij speelt dikwijls een problematiek van onderbezetting (bv. ouderen die in te grote woning blijven wonen).
Toewijzingsbeleid sociale huur
De nieuwe toewijzingsregels voor sociale huur zijn in voege sinds maart 2024. Deze bestaat uit 4 pijlers:
o Pijler 1: toewijzing via lokale binding waarbij lokale accenten mogelijk via toewijzingsreglement
o Pijler 2: versnelde toewijzing voor kandidaat-huurders met een acute woonnood. Gaat over vast percentage 20% van toewijzingen op jaarbasis waarbij er lokale afspraken gelden vanuit de toewijzingsraad
o Pijler 3: toewijzing voor specifieke doelgroepen voor max 1/3de van patrimonium Hierbij zijn lokale accenten mogelijk via toewijzingsreglement
o Pijler 4: mutaties bv. verplichte interne verhuisbewegingen
Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren. De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht waarbij het instaat voor de opmaak van een ontwerp toewijzingsreglement waarin een strengere woonbindingsbepaling (pijler 1) en voorrangsbepalingen voor specifieke doelgroepen (pijler 3) kunnen worden opgenomen.
In Halle is er een lokaal toewijzingsreglement van toepassing waarbij kandidaat-huurders met een langdurige lokale woonbinding voorrang krijgen voor een sociale woning binnen pijler 1. Dit gebeurt volgens een cascadesysteem naar gelang het aantal jaren dat men woonachtig is in de gemeente. Daarnaast is er voor specifiek aangepast patrimonium voorrang voor senioren (65+) binnen pijler 3.
Daarnaast heeft de toewijzingsraad een operationele opdracht met betrekking tot de praktische uitvoering van de toewijzingsregels inzake versnelde toewijzingen (pijler 2) en toewijzingen aan specifieke doelgroepen (pijler 3). De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders.
Laagdrempelig woonloket
Terug naar navigatie - Laagdrempelig woonloketHet intergemeentelijk woonbeleid Zennevallei verzorgt een laagdrempelig woonloket in Halle, Sint-Pieters-Leeuw en Beersel.
De permanenties zijn afwisselend vrij toegankelijk en op afspraak (in voege sinds 1december 2021). Het loket in Halle is geopend op dinsdagvoormiddag van 9-12u zonder afspraak, donderdag met afspraak tussen 14-16.30u en zonder afspraak tijdens de avondopening van het stadhuis tussen 17u-20u. Sinds januari 2023 is er een verhuis van de permanentie te Halle van het sociaal huis naar het stadhuis.
In onderstaande grafiek een overzicht van het aantal klanten en vragen. We zien een stijgende trend in het totaal aantal klanten. Deze stijging is vooral merkbaar in het aantal nieuwe klanten ten opzichte van het aantal terugkerende klanten, dit aantal kent een lichte stijging.
Binnen het aantal klanten wordt een prioritaire doelgroep gedefinieerd van 17% in 2023. Iemand behoort tot de prioritaire doelgroep indien er sprake is van een acute woonsituatie en een lage (financiële) draagkracht/zelfredzaamheid.
We zien dat 52% van de klanten afkomstig is van Halle, 35% van Sint-Pieters-Leeuw en 13% van Beersel.
64% van het aantal vragen in 2023 worden via het bureau in Halle gesteld, 24% in Sint-Pieters-Leeuw en 12% in Beersel. Het groter aantal acties in Halle heeft onder andere te maken met stijging vragen conformiteitsonderzoeken n.a.v. het conformiteitsattest. Deze conformiteitsonderzoeken worden geregistreerd en zijn aldus weerspiegeld in deze cijfers. Ook het aantal verzoekschriften vredegerecht in kader van uithuiszetting zijn in Halle een stuk hoger, waardoor er meer klantcontacten zijn te Halle rond deze thematiek. Daarnaast komen er meer mensen uit de andere gemeenten langs op de permanentie te Halle (bv. inwoner van Sint-Pieters-Leeuw komt langs in het bureau te Halle). Tenslotte is er een kleine foutmarge gezien ‘bureau Halle’ automatisch wordt ingevuld bij het registreren van een actie. Dit dient manueel worden aangepast naar Beersel of Sint-Pieters-Leeuw.
Inwoners uit Halle, Sint-Pieters-Leeuw en Beersel kunnen met diverse woonvragen terecht bij Woonwinkel Zennevallei. Een veel voorkomende vraag is de zoektocht naar een betaalbare of sociale huurwoning.
In 2023 waren er daarover 465 klantcontacten uit Halle. Via de woonwinkel zijn er voor inwoners van Halle 142 nieuwe inschrijvingen ingediend bij de woonmaatschappij, waarvan ongeveer 1/3 met een officiële woonnood.
Ook is er een aanzienlijk aandeel van mensen die zich in een precaire woonsituatie bevinden. Er waren in 2023 aan het woonloket 72 aanmeldingen uit Halle voor een doorgangswoning van het OCMW. Dat zijn mensen met een zeer acute woonnood zoals (dreigende) dakloosheid.
Er waren in 2023 daarnaast ook 65 verzoekschriften tot uithuiszetting te Halle.
De meeste woonvragen worden behandeld via het woonloket (65%). Toch moeten we hier een belangrijke kanttekening bij maken gezien de meeste e-mails en telefoons bij Woonwinkel Zennevallei niet worden geregistreerd. Dit gebeurt enkel in bestaande klantendossiers. In 2023 werden er via de algemene info mailbox (info@woonwinkelzennevallei.be) 3600 berichten behandeld (voor de verschillende gemeenten samen). Slechts een klein aandeel zijn weerspiegeld in de statistieken.